Het begrip durfkapitaal zal je als startende ondernemer wel ergens op de een of andere manier tegengekomen zijn. Laten we eerste even een stapje terugnemen wat betreft je onderneming en financiering.
Het beschikken over voldoende startkapitaal kan een knelpunt vormen waar jij als ondernemer mee te maken kunt krijgen. Aan kennis en ervaring zal er meestal geen tekort zijn. Maar om de nodige zakelijke financiering voor de opzet van je bedrijf binnen te halen zal je toch wat werk dienen te verrichten.
Voor het verkrijgen van een financiering voor jou als startende ondernemer bestaan er diverse mogelijkheden. De meest voorkomende vorm van kapitaalinbreng in je onderneming zal betreffen een lening bij de bank. Naast de bank zijn er ook andere diverse partijen die jou eventueel van een bepaald startkapitaal kunnen voorzien.
Durfkapitaal of tante-Agaathlening
Een van deze manieren is dat je de beschikking krijgt over kapitaal middels wat voor de verstrekker ook wel wordt genoemd een belegging in durfkapitaal. In dit geval gaat het dan simpelweg ook om een verstrekking van een lening.
Alleen dient het hier dan te gaan om een lening aan een startende ondernemer. Indien er hiervan sprake is dan wordt er naast durfkapitaal ook wel gesproken over de tante-Agaathlening.
Belegging in durfkapitaal
De redenen dat deze vorm van lening wordt omschreven als een belegging in durfkapitaal is vanwege de fiscale faciliteiten die de verstrekker kan genieten indien aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan.
Door het bestaan van deze fiscale faciliteiten is het dus interessant voor een vermogend iemand geld uit te lenen aan een ander persoon. In dit geval dus aan jou als startende ondernemer.
Fiscale faciliteiten voor de verstrekker
Wordt de situatie bekeken tot het jaar 2012 dan gelden de volgende cijfers. De verstrekker kan namelijk in zijn of haar aangifte inkomstenbelasting voor box 3 vermogen een vrijstelling claimen van € 55.476. Dat wil dus zeggen dat de verstrekker tot een bedrag van € 55.476 belastingvrij kan investeren in beleggingen in durfkapitaal (raadpleeg altijd voor de zekerheid zelf de exacte bedragen).
Bij deze vrijstelling kan er nog een schepje bovenop worden gedaan indien blijkt dat de verstrekker gedurende het gehele jaar een fiscale partner heeft. In dat geval kan de verstrekker gebruik maken van een gezamenlijke vrijstelling. De vrijstelling bedraagt dan € 110.952.
Naast deze vrijstelling kan er sprake zijn van nog een extra heffingskorting. Deze extra heffingskorting is echter van beperkte duur. In 2014 houdt deze op te bestaan. Voor het jaar 2011 geldt er een extra percentage aan heffingskorting van 1%. Voor 2012 bedraagt deze 0,7% en voor 2013 bedraagt deze 0,4%.
Startende ondernemer
Wanneer er hier wordt gesproken over een startende ondernemer dan die je hieronder dus te verstaan niet alleen een ondernemer in natuurlijke persoon maar ook bijvoorbeeld een onderneming in de vorm van een rechtspersoon.
Bij een natuurlijk persoon kun je dan denken aan de zpp’er en bij een rechtspersoon kun je dan denken aan een pas opgezette BV.
Eisen voor claimen vrijstelling durfkapitaal
Om als geldverstrekker voor de vrijstelling in aanmerking te komen dient er niet alleen sprake te zijn van een beginnende ondernemer. Er worden ook nog verdere eisen gesteld aan de lening.
Zou de lening bijvoorbeeld toekomen aan je fiscale partner dan is er geen sprake van durfkapitaal. Zou je de onderneming drijven met nog iemand en de lening is bestemd voor deze persoon dan is er evenmin sprake van durfkapitaal.
Ook dienen de volgende eisen in acht te worden genomen waarbij de opmaak van de overeenkomst ook een belangrijke rol speelt.
Alles wat je met de verstrekte lening op deze manier binnen krijgt wordt tot je bedrijfsvermogen bestempeld. Er is hier dus sprake van verplicht bedrijfsvermogen. Dit moet ook duidelijk staan in de overeenkomst. Het geld mag je dus niet voor andere doeleinden gaan gebruiken.
Naast ondernemingsvermogen mag de lening ook gebruikt worden voor uitgaven in het belang van het drijven van de onderneming waaronder ook lopende uitgaven.
De lening dat als durfkapitaal dient moet door de geldverstrekker uit eigen zak zijn betaald. Dat wil dus zeggen dat de verstrekker dit bedrag niet zelf weer geleend mag hebben van een ander. Dit moet ook duidelijk staan in de overeenkomst.
De lening moet ook aan een bepaald minimum voldoen. Indien er sprake is van een bedrag onder de € 2.269 dan is er geen sprake van durfkapitaal.
De lening mag ook niet renteloos bedragen. Er moet in een bepaalde mate rente worden geheven. Deze rente moet dan ook van een bepaalde hoogte zijn. Indien de rente maximaal gelijk is aan de lopende wettelijke rente dan voldoe je hiermee aan de eis.
Overeenkomst durfkapitaal
Ook dient de overeenkomst wat betreft de lening aan bepaalde eisen te voldoen. Voor zowel jou als ontvanger als de geldvertrekker dienen de Burgerservicenummers in de overeenkomst voor te komen.
Ook dient het te gaan aan om een achtergestelde lening. En dan voor een periode van minimaal acht jaar.
In de overeenkomst dienen ook komen te staan dat het hier gaat om een belegging in de vorm van durfkapitaal. De benoeming van de overeenkomst kun je dan het beste ook hierop afstemmen.
Uiteraard dienen alle partijen de overeenkomst te ondertekenen waarna er registratie bij de Belastingdienst dient plaats te vinden. Deze registratie dient uiterlijk binnen vier weken na ondertekening te geschieden.
Eisen durfkapitaal en startende ondernemer
Voor financiering middels durfkapitaal moet het gaan om een startende ondernemer. Maar door alleen de kwalificatie startende ondernemer voldoe je nog niet aan alle eisen wat betreft de zakelijke financiering middels durfkapitaal.
Wanneer het gaat om een startende of beginnende ondernemer dan worden er ook eisen hieraan gesteld waar je aan dient te voldoen. In dit geval moet jij je onderneming drijven in Nederland.
Ook dien je voor de zelfstandigenaftrek in aanmerking te komen. Nu hoeft dat niet per se direct in het jaar waarin je de lening ontvangt, dat mag ook in een daarop volgend jaar. Daarbij mag je wat betreft je verleden niet meer dan 7 jaar de zelfstandigenaftrek hebben genoten.
Gaat het echter om de situatie dat je een onderneming gaat overnemen dan geldt er niet de eis van zeven jaar, dit is dan veertien jaar.
De eisen voor de zelfstandigenaftrek dienen door de belastinginspecteur te zijn bevestigd. Deze bevestiging dien je als beginnende ondernemer zelf aan te vragen. Indien je het niet eens bent met de beslissing mag je dit aanvechten middels bezwaar en beroep.
Ben je maat in een maatschap of firma dan kan er geen sprake zijn van een bedrijfsfinanciering middels inbreng van durfkapitaal.
Als startende ondernemer zijn er diverse mogelijkheden om een financiering voor je onderneming binnen te halen. Een mogelijkheid is de inbreng middels durfkapitaal. Aan deze inbreng worden er diverse eisen gesteld. Zorg ervoor dat je aan de eisen voldoet alvorens jij als ondernemer je tijd en energie stopt in het zoeken naar een geldverstrekker in deze vorm.